Het is erg belangrijk om in het begin van je uitwisseling veel energie te stoppen in het leren van de taal. Dit maakt je uitwisseling nog leuker! Zo kun je gemakkelijker met je gastgezin en klasgenootjes communiceren. Daarnaast heb je de rest van je leven profijt van deze nieuwe skill. Het staat bijvoorbeeld erg goed op je cv als je een extra taal spreekt. Hieronder staan tips van oud AFS’ers om zo snel mogelijk de taal te leren.
- Begin voor vertrek alvast met het leren van de taal. Je zult merken dat als je in je gastland bent, je dan sneller woorden herkent en sneller de taal oppikt.
- Maak gebruik van de taalcursus die je van AFS krijgt. In je aankomstland krijg je veelal een korte taalcursus van AFS. Vaak ga je ook oefenen met de taal op het aankomstkamp. Neem deze taalcursus door en maak gebruik van de hulp van AFS.
- Probeer zoveel mogelijk te communiceren in je nieuwe taal. Vraag bijvoorbeeld aan je gastgezin of ze met je willen oefenen. Dit kan bijvoorbeeld door simpele vragen aan jou te stellen. Vraag of ze langzaam en duidelijk kunnen spreken.
- Wees niet bang om fouten te maken. Mensen vinden het alleen maar leuk dat je zo je best doet.
- Plak op meubels en spullen post-its met de naam van het item. Elke keer als je dan het voorwerp gebruikt of ziet, kun je het nieuwe woord weer oefenen.
- Zodra je een nieuw woord hoort dat je nog niet kent, vraag wat het betekent en schrijf het op. Door het op te schrijven, vergeet je het woord niet. De dagen erna kun je dan het woord oefenen. Een nieuwe taal leren gaat sneller als je wat je geleerd hebt vaak herhaald.
- Koppel woorden aan een context. Vraag bijvoorbeeld aan je gastgezin om een woord in een zin te gebruiken. Dit is een bewezen methode om makkelijker nieuwe woordjes te leren.
- Gebruik bij Engelse series van bijvoorbeeld Netflix de ondertiteling in je nieuwe taal. Zo kun je zonder veel moeite al ‘feeling’ krijgen bij de taal, terwijl je lekker een serie kijkt. Ook kun je een lokale serie kijken en hier bijvoorbeeld Engelse ondertiteling bij aanzetten.
- Lees kinderboeken. De taal die in kinderboeken wordt gebruikt is vaak duidelijk en makkelijk te volgen. In de eerste paar maanden van je uitwisseling kan dit een leuke manier zijn om de taal te leren. Later kan je ook andere boeken lezen. Begin dan bijvoorbeeld bij een boek dat je al vaak gelezen hebt, zodat je de verhaallijn goed kan volgen.
- Speel veel gezelschapsspelletjes met je gastfamilie! Dit is een leuke en gezellige manier op spelenderwijs nieuwe woorden te leren.
- Op YouTube staan veel gratis taallessen. Dit is vooral handig als je graag wat beter de grammatica wil leren. Op YouTube zijn er talloze lessen te vinden waarbij ze stap voor stap werkwoordvervoegingen uitleggen.
- Memory cards zijn ook handig bij het onthouden van nieuwe woordjes. Anki is een gratis programma dat je kan downloaden op jouw computer. Hiermee kun je voorgemaakte stapels kaarten downloaden met de meest gangbare/belangrijkste woorden van een taal.
- Er zijn ook heel veel apps die je helpen om een nieuwe taal te leren. Een bekend voorbeeld is Duolingo. Andere apps zijn Babbel en Drops. Per app verschilt de methode een beetje. Je kan uitproberen wat jij de fijnste manier vindt om te leren.
- Als je de basis kent van de nieuwe taal, kan je ook je social media en je telefoon instellen op de taal die je wilt leren. Dit kan vaak bij instellingen. Zo oefen je onbewust nog meer met nieuwe woordjes en de grammatica.
Dit artikel werd eerst gepubliceerd op de website van AFS Nederland.